Leren communiceren

- Oogbesturing kan met iedereen uitgeprobeerd worden, ongeacht het huidige cognitieve of motorische niveau.
- Oogbesturing hoeft niet per se voor communicatie ingezet te worden, het eerste doel is het vangen van de blik. Ook dagbesteding en het zelfstandig invloed uitoefenen op de omgeving kunnen waardevolle doelstellingen zijn bij het gebruik van oogbesturing.
- De mogelijkheid bestaat dat mensen zonder interactiemogelijkheden zich niet of beperkt ontwikkelen, terwijl daarvoor wel cognitief potentieel is. De mogelijkheid om een interactie aan te gaan via oogbesturing kan een trigger zijn voor de ontwikkeling op andere vlakken.
Interactief snoezelen: een interactie met de wereld
rdgKompagne past voor een groeiende doelgroep oogbesturing toe met de methode “interactief snoezelen”. Waar de gebruiker bij regulier snoezelen de sensorische ervaringen passief ondergaat, maakt interactief snoezelen het mogelijk de snoezelomgeving zelf te beïnvloeden, onder andere met behulp van de ogen. Speciale toepassingen vertalen oogbewegingen naar audiovisuele effecten op het scherm. Dit geeft personen met een zeer laag ontwikkelingsniveau de unieke mogelijkheid een interactie te hebben met hun omgeving. Het is op deze manier mogelijk om deze mensen een zinvolle dagbesteding te bieden waarbij zij kunnen ervaren hoe het is om zelfstandig een activiteit uit te voeren. Dit geeft veel voldoening en draagt bij aan een groeiend gevoel van eigenwaarde. De toepassing van oogbesturing bij deze doelgroep kan bovendien een opstap bieden naar ontwikkeling op andere vlakken.
Kinderen zonder bewegingsbeperkingen kunnen interactief snoezelen met een interactieve (vloer)projectie die reageert op bewegingen. Het oogbesturingssysteem kan met deze projectie gecombineerd worden, zodat het mogelijk wordt interactief met elkaar te spelen.
Leercurve: van snoezelen naar communiceren
Voor sommige gebruikers kan “interactief snoezelen” de eerste stap zijn van een communicatieve leercurve. Voorheen waren er drie randvoorwaarden om te kunnen werken met oogbesturing:
- De gebruiker moest een aantoonbaar begrip hebben van oorzaak en gevolg.
- De gebruiker moest in staat zijn te categoriseren.
- De gebruiker moest (cognitief) in staat zijn het systeem te kalibreren.
Alleen als deze randvoorwaarden tijdens een passing konden worden vastgesteld, kon een oogbesturingssysteem voor de gebruiker worden aangevraagd. De communicatiesoftware op deze systemen vereiste immers dat de gebruiker bewuste keuzes kon maken om wensen en gedachtes te formuleren. Inmiddels wordt veel meer uitgegaan van een leercurve, waarbij ook personen met een laag niveau of zeer jonge gebruikers met behulp van oogbesturing in potentie zouden kunnen leren communiceren op hun eigen niveau. Ook bij de eerste stappen van het leren communiceren kan een oogbesturingssysteem al van grote waarde of zelfs onmisbaar zijn.
Speciale toepassingen maken het mogelijk het systeem te gebruiken zonder eerst te moeten kalibreren. Het systeem wordt voor de gebruiker geplaatst en oogbewegingen worden direct geregistreerd. Hierdoor kan oogbesturing op verschillende niveaus worden toegepast. De verschillende stappen van de leercurve die een cliënt met oogbesturing in potentie kan doorlopen, zijn:

Oogbesturing voor iedereen
- Oogbesturing kan met iedereen uitgeprobeerd worden, ongeacht het huidige cognitieve of motorische niveau.
- Oogbesturing hoeft niet per se voor communicatie ingezet te worden, het eerste doel is het vangen van de blik. Ook dagbesteding en het zelfstandig invloed uitoefenen op de omgeving kunnen waardevolle doelstellingen zijn bij het gebruik van oogbesturing.
- De mogelijkheid bestaat dat mensen zonder interactiemogelijkheden zich niet of beperkt ontwikkelen, terwijl daarvoor wel cognitief potentieel is. De mogelijkheid om een interactie aan te gaan via oogbesturing kan een trigger zijn voor de ontwikkeling op andere vlakken.
Interactief snoezelen: een interactie met de wereld
rdgKompagne past voor een groeiende doelgroep oogbesturing toe met de methode “interactief snoezelen”. Waar de gebruiker bij regulier snoezelen de sensorische ervaringen passief ondergaat, maakt interactief snoezelen het mogelijk de snoezelomgeving zelf te beïnvloeden, onder andere met behulp van de ogen. Speciale toepassingen vertalen oogbewegingen naar audiovisuele effecten op het scherm. Dit geeft personen met een zeer laag ontwikkelingsniveau de unieke mogelijkheid een interactie te hebben met hun omgeving. Het is op deze manier mogelijk om deze mensen een zinvolle dagbesteding te bieden waarbij zij kunnen ervaren hoe het is om zelfstandig een activiteit uit te voeren. Dit geeft veel voldoening en draagt bij aan een groeiend gevoel van eigenwaarde. De toepassing van oogbesturing bij deze doelgroep kan bovendien een opstap bieden naar ontwikkeling op andere vlakken.
Kinderen zonder bewegingsbeperkingen kunnen interactief snoezelen met een interactieve (vloer)projectie die reageert op bewegingen. Het oogbesturingssysteem kan met deze projectie gecombineerd worden, zodat het mogelijk wordt interactief met elkaar te spelen.
Leercurve: van snoezelen naar communiceren
Voor sommige gebruikers kan “interactief snoezelen” de eerste stap zijn van een communicatieve leercurve. Voorheen waren er drie randvoorwaarden om te kunnen werken met oogbesturing:
- De gebruiker moest een aantoonbaar begrip hebben van oorzaak en gevolg.
- De gebruiker moest in staat zijn te categoriseren.
- De gebruiker moest (cognitief) in staat zijn het systeem te kalibreren.
Alleen als deze randvoorwaarden tijdens een passing konden worden vastgesteld, kon een oogbesturingssysteem voor de gebruiker worden aangevraagd. De communicatiesoftware op deze systemen vereiste immers dat de gebruiker bewuste keuzes kon maken om wensen en gedachtes te formuleren. Inmiddels wordt veel meer uitgegaan van een leercurve, waarbij ook personen met een laag niveau of zeer jonge gebruikers met behulp van oogbesturing in potentie zouden kunnen leren communiceren op hun eigen niveau. Ook bij de eerste stappen van het leren communiceren kan een oogbesturingssysteem al van grote waarde of zelfs onmisbaar zijn.
Speciale toepassingen maken het mogelijk het systeem te gebruiken zonder eerst te moeten kalibreren. Het systeem wordt voor de gebruiker geplaatst en oogbewegingen worden direct geregistreerd. Hierdoor kan oogbesturing op verschillende niveaus worden toegepast. De verschillende stappen van de leercurve die een cliënt met oogbesturing in potentie kan doorlopen, zijn: